Stel je voor: je zit in een groep, vol enthousiasme en goede voornemens, en je maakt samen een afspraak om een nieuwe methode toe te passen. Maar als het erop aankomt, blijkt die afspraak in de praktijk niet uitgevoerd te worden. Herkenbaar? Deze situatie roept bij mij een mengeling van verbijstering en frustratie op. Wat gebeurt er met onze intenties als we ‘ja’ zeggen, maar in werkelijkheid ‘nee’ doen? Dit keer besluit ik om mijn frustratie-energie constructief aan te wenden. In deze blog neem ik je mee op een verkenningstocht door de dynamiek van groepsafspraken. Aan de hand van een persoonlijke ervaring in een Zijnsgeoriënteerde gespreksgroep onderzoeken we in deze blog hoe we onze gezamenlijke intenties kunnen verhelderen en versterken.
De situatie
Ik zit sinds een jaar of 5 in een Zijnsgeoriënteerde gespreksgroep van acht personen die een oud boeddhistisch boek over onze verlichte aard bestudeert. Ons doel is om de tekst dieper te begrijpen, omdat dat helpt onze verlichte aard, onze ware aard, te ervaren en te stabiliseren. We komen tweemaal per jaar bijeen in een retraite van een week. In die week mediteren en studeren we samen. Ik heb in deze groep een deelnemersrol. Vanuit deze rol wil ik, daar waar dat volgens mij bijdraagt aan ons doel, mijn kennis en ervaring over de systeembenadering inbrengen.
In het verleden hebben we gemerkt dat we soms langs elkaar heen praten, of dat we elkaars inbreng negeren (zie #6 blog). Daarom wilden we beter naar elkaar leren luisteren. We experimenteerden met de methode van samenvatten, aansluiten en voortbouwen (kortweg ‘aansluiten’) en dat beviel toen goed.
Aan het begin van onze recente (online) retraite merkten we opnieuw dat we langs elkaar heen spraken. We hernieuwden ons besluit om de methode van aansluiten toe te passen. We spraken af het toepassen van de methode tot 1 uur per dag te beperken en na de lunch te starten.
Hoe het begon
Dan is het middag. We beginnen met de studie. We gebruiken de methode van aansluiten niet, en niemand heeft het erover. Omdat ik zelf gemotiveerd ben voor de methode was ik aanvankelijk verbijsterd. ’s Avonds maakte de verbijstering plaats voor frustratie. Ik besloot mijn frustratie te verdragen. Vervolgens kwam er nieuwsgierigheid op en de moed om dit verschijnsel van ‘ja zeggen en nee doen’ aan te kaarten. De volgende ochtend werd mijn voorstel om dit gezamenlijk te verkennen aangenomen.
Begin van de verkenning
Het concreet benoemen wat er was gebeurd riep in eerste instantie wat weerstand op. ‘We zijn het gewoon vergeten, dat is toch niet erg’. De erkenning dat dit niet goed of fout was gaf ontspanning. Er kwam ruimte voor de vraag ‘hoe doen we dit met elkaar? En wat willen we echt?’ Hoewel we bevestigen dat we vanuit een hoge motivatie echt achter onze afspraak stonden konden we erkennen dat we de afspraak niet waren nagekomen. Want, zegt iemand: ‘als het moment daar is om te beginnen verlaagt mijn motivatie naar meer primitieve motieven’. Als blijkt dat ze niet de enige is, maar een stem voor een groot deel van de groep, geeft dit ontspanning bij zowel dit groepslid als bij de groep als geheel.
Hoge en lage motieven
In deze ontspanning raakten we meer gemotiveerd om boven water te krijgen wat hier gebeurde. Er klonk: ‘het is wel makkelijker om de methode niet uit te voeren’, ‘ik ben onzeker of ik het wel goed doe, omdat ik het nog niet goed kan’.
Dat zijn normale reacties op een verandering, niet perse fout, en ook niet perse goed, maar eigen aan een groep in de afhankelijkheidsfase (zie #6 blog). Toen we dat duidelijk kregen ontspanden we verder.
De bereidheid om in te gaan op de vraag: ‘hoe doen we dit met elkaar?’ nam toe. Het onderscheid tussen een hoge en lage motivatie bleek behulpzaam. Vanuit een hoge motivatie (motieven vanuit onze rijpe volwassene en Spirit-zijn) zeggen we ja tegen de methode. We vinden het belangrijk om naar elkaar te luisteren en de methode van ‘aansluiten’ draagt daaraan bij. We zijn dan meer gefocust en meer present, er is meer impuls beheersing en meer verbinding. We voelen ons meer deel van de groep. Dus de methode wordt als erend naar de groep als geheel ervaren. Door deze werking te delen verdiepte ons ja zich.
Op het moment van uitvoering zijn we de afspraak gewoon vergeten. Dan regeren lagere motieven, zijn we in een lage optiek; het onbewuste nee overheerst. Dat dit normaal is, omdat het een groepsfenomeen in deze fase is, werkt erkennend en verzacht.
We hebben een keuze!
Het helder krijgen dat we zowel een ja als een nee hebben en dat dat een groepsfenomeen is, en niet perse persoonlijk, ontschuldigt: het is niemands schuld om het zo te doen. Tegelijk helpt het om ons te herinneren dat we hier als groep een keuze hebben. Willen we vanuit een hoge optiek leven of willen we in de lage optiek blijven geloven?
Na de uitnodiging hier een keuze te maken om niet in de lage optiek te blijven hangen is het even stil. Deze keuze moeten we allemaal individueel maken. De uitnodiging en de stilte daarna heeft een effect op ons gesprek: als we weer beginnen te praten is er rust in het gesprek en sluiten we aan.
Het erkennen van ons nee en het maken van de keuze om het niet te geloven, blijkt onze ego-functie te versterken en ieder van ons meer op eigen benen te zetten. Niet alleen van ons als individu, maar ook van de groep als geheel.
Angst voor verlies van vrijheid
Nu verkennen we op een dieper niveau waarom een ja een nee wordt: het ja was niet echt gedragen, waardoor weerstand tegen de methode makkelijk op de voorgrond kon komen. Die toont zich in gedachten als: ‘ik moet er inspanning voor leveren, terwijl ik wil ontspannen’, ‘ik kan niet mijn impulsen leven, wat ik graag doe’, ‘ik heb het gevoel dat ik ingeperkt wordt, dat vind ik niet leuk’, ‘ik vind iets nieuws leren ongemakkelijk en dat ongemak wil ik niet’. We ontdekten dat dit soort gedachten voortkomt uit onze angst om onze schijnbare vrijheid kwijt te raken. Die angst doet de hogere motivatie heel snel vervagen en dan wordt de afspraak vergeten. Misschien herkenbaar?
Gezamenlijke bewustwording is niet een lineair proces. Het gaat in golven en gaat traag. Dat is normaal. Elke keer zorgt een vraag, een voorstel of een opmerking voor spanning, en de erkenning van de reactie voor ontspanning. Door erkenning, niet oordelen, groepsbreed maken en steeds de vraag te herhalen ‘wat doen wij met elkaar dat het zo gaat?’ wordt helder: zo doen we dat. We ontspannen als blijkt dat niemand de enige is die moeite heeft met iets nieuws leren. Alleen als de hele groep zich kan ontspannen kan de groep als geheel zich ontwikkelen (De Jong, 2021). Er ontstaat ruimte voor bewustwording: het besef dat we allemaal een keuze hebben gemaakt om de lage optiek niet te blijven geloven. Dat zet ons meer op eigen benen. Onze motivatie om de methode uit te voeren is een steviger, volwassen gezamenlijk ja geworden. Tegelijk worden we realistischer over het feit dat we het zullen vergeten.
We kunnen nog veel leren, maar we hebben wel een waardevolle ervaring opgedaan met het gezamenlijk bespreken van onze nee’s en ja’s in relatie tot ons doel en onze context. Inhoudelijk zorgt het voor een gemotiveerder ja. Groepsdynamisch gezien krijgt ieder dieper begrip over zichzelf en over hoe we dit met elkaar doen. Er blijkt meer gevoel van verbinding, meer heelheid als groep.
Nieuwsgierig geworden om gezamenlijk ja’s en nee’s over een bepaald thema te verkennen? Bel of mail naar onderstaand adres of click op de button.
Alleen als de hele groep zich kan ontspannen kan de groep als geheel zich ontwikkelen
Jobbeke de Jong
Westlaan 108
2641 DP Pijnacker (Zuid-Holland)
06 23 33 82 16
marianne.desoet@zijnsorientatie.nl
KVK 27353907
BTW NL02 7501 048 B01
IBAN NL21 TRIO 0212 3311 08
Deze leerruimte is verbonden met de School voor Zijnsoriëntatie, die is in 1987 opgericht door Hans Knibbe. De school is het enige, officiële instituut voor Zijnsoriëntatie, gevestigd in het centrum van Utrecht.